Het ‘onzichtbare verleden’ herleeft
Expeditie Limburg. Onder die titel zendt L1 vanaf aanstaande maandag een serie documentaires uit waarin het ‘onzichtbare’ verleden van deze provincie centraal staat. Kijk en zie hoe archeologen, historici, archivarissen en acteurs het verhaal van onze voorouders tot leven brengen.
Bron: Dagblad de Limburger
Door Guus Urlings
Het verleden laat zijn sporen achter in het landschap. Zichtbare sporen – in de specifieke vormen van het landschap, in resten van oude bebouwing -maar ook onzichtbare. Soms zegt de geschiedenis: zand erover, dit is geweest. Dan verdwijnen de tastbare sporen van verhalen en gebeurtenissen letterlijk onder de grond, terwijl daarboven de tijd en het leven gewoon verder gaan. Tot ook dat deel van het verhaal voltooid verleden tijd is en bijgezet wordt in het bodemarchief. De opslagplaats van het onzichtbare verleden.
Dat onzichtbare verleden weer tot leven brengen. Daar gaat het om bij Expeditie Limburg, een van de pijlers onder de Culturele Biografie Limburg, een project waarmee de provincie in samenwerking met burgers, instellingen en gemeenten ‘het grote verhaal’ van de geschiedenis van Limburg en de Limburgers zichtbaar en vooral ook beleefbaar wil maken. Waar het bij een andere pijler van die Culturele Biografie -het project Dierbaar Oord, waarin de provincie en de Media Groep Limburg samen optrekken – vooral gaat om de verhalen van mensen bij de tastbare en zichtbare sporen van het verleden, daar staan bij Expeditie Limburg juist de verborgen sporen centraal. Het werk van de archeologen, dus.
Het Limburgse bodemarchief is rijk aan sporen uit het verleden. Er zijn plekken – de Maastrichtse binnenstad, om er rnaar voor de voet weg een te noemen – waar je bij wijze van spreken geen schop in de grond kunt zetten zonder op historie te stuiten. Een deel van dat bodemarchief is al blootgelegd en onderzocht, maar er is veel méér. Het team van Expeditie Limburg heeft een aantal speurtochten naar dat nog niet ontdekte verleden in de afgelopen anderhalfjaar van nabij gevolgd en vastgelegd.
„We laten de kijkers als het ware over de schouders van de archeologen meekijken”, zegt Kris Förster (bureau KF inHeritage), die de documentaireserie in opdracht van de provincie samen met Robin Peeters (Mosasaurusfilm) heeft ontwikkeld en geproduceerd. „We zitten er met de neus – en met de camera – bovenop als de eerste schop de grond in gaat, als de shovel een eerste hap uit de bodem neemt We laten zien hoe zo’n archeologisch onderzoek in zijn werk gaat. Daar begint het verhaal mee. Maar daar blijft het niet bij.”
Want ook bij Expeditie Limburg gaat het, zoals bij de hele Culturele Biografie, in de eerste plaats om de verhalen, om wat er achter de (zichtbare en onzichtbare) sporen van het verleden zit. Förster: „Het archeologisch onderzoek is maar de helft van het verhaal dat we in onze documentaires willen vertellen. We kijken bijvoorbeeld ook heel nadrukkelijk naar de context van wat er in de bodem wordt aangetroffen. We gaan telkens weer op zoek naar zaken waarmee we het verhaal achter die bodemsporen, achter die aardewerkscherven, kunnen aankleden, meer vlees op de botten kunnen geven.”
Dus is het team bijvoorbeeld bij het verhaal over het onderzoek naar het ‘Frans kerkhof in Limbricht ook in de archieven gedoken. Hoe ging dat in zijn werk, destijds, met Limburgers die in het leger van Napoleon dienden. Waar gingen ze heen, wat maakten ze mee, hoe kwamen ze aan hun einde?
„Bij de aflevering over het onderzoek naar een Romeinse villa in Afferden zijn we ook gaan kijken en filmen in museumpark Oriëntalis bij Nijmegen, waar een compleet Romeins dorp is gereconstrueerd. Hoe leefden de mensen in die tijd? We laten zien hoe een Romeinse pottenbakker te werk ging. Dat maakt het verhaal achter zo’n opgegraven potscherf inzichtelijk, invoelbaar. Dat soort dingen.”
Bovendien wordt in de meeste afleveringen van Expeditie Limburg het verleden ook heel letterlijk tot leven gewekt. „Dat doen we door middel van gedramatiseerde reconstructies. Het naspelen – zo goed en zo kwaad als dat op grond van onze kennis, van ons inzicht in het verleden mogelijk is – van hoe het er destijds aan toe is gegaan in de dagelijkse werkelijkheid. Bij het verhaal over het ‘Frans kerkhof in Limbricht zoomen we bijvoorbeeld in op het verhaal van Francois Heijnen, een jongen van 19 uit Stein die diende in het leger van Napoleon en al op jonge leeftijd overleed aan de gevolgen van een ‘besmettelijke koorts’ die destijds binnen zeer korte tijd honderden soldaten – in Limbricht zouden er volgens de overlevering bijna 700 begraven zijn – het leven kostte. Een heel individueel, persoonlijk verhaal. Eigenlijk niet meer dan een zandkorrel in de onafzienbare vlakte van de geschiedenis. Maar wél een verhaal dat het verleden heel herkenbaar, heel menselijk maakt. Dichter bij de geschiedenis kun je de mensen van vandaag niet brengen.”
Het team van Expeditie Limburg is in het afgelopen anderhalf jaar zowat de hele provincie doorgetrokken om onderzoeken naar het verborgen verleden van de provincie in beeld te brengen. Behalve in Limbricht – het onderzoek naar het ‘Frans kerkhof – snorden de camera’s bijvoorbeeld ook op het terrein van de Frederik Hendrik-kazerne in Venlo-Blerick, waar gezocht werd naar sporen van het zeventiende-eeuwse fort Sint Michiel.
Förster: „Maar we hebben bijvoorbeeld ook in Kesselt ‘Op de Schans’, net over de Belgische grens, gezocht naar sporen van de allereerste Limburgers. In Valkenburg hebben we meegekeken tijdens een onderzoek naar een prehistorische abri, een schuilplaats in de mergel waar onze zeer verre voorouders zich opgehouden zouden hebben. In Voerendaal en Klimmen hebben we de sporen van de Via Belgica gezocht, de oude Romeinse heerbaan. In Sittard hebben we gezien wat er naar boven kan komen als je in een historische binnenstad een terrein – in dit geval de achtertuin van museum Het Domein – tot zes meter diep uitgraaft om de bouw van een nieuwe archiefbewaarplaats mogelijk te maken. In Afferden zijn we in het Romeinse verleden gedoken, in Bocholtz hebben we de bouwgeschiedenis van een grote kasteelhoeve ontrafeld. Kortom: de serie omvat het hele brede spectrum van Limburgs verleden, zowel ruimtelijk als in de tijd gezien.”
Het verborgen verleden weer tot leven wekken. Dat was de opdracht waarvoor het team achter Expeditie Limburg zich geplaatst zag. Aan die opdracht is voldaan, zelfs – zo leert een eerste blik – meer dan dat. Maar tegelijkertijd krijgt iedereen die de documentaires bekijkt ook bijna sluipenderwijs inzicht in wat het werk van archeologen nou precies inhoudt.
Professor Gerard Rooijakkers – bijzonder hoogleraar Nederlandse etnologie aan de Universiteit van Amsterdam, verbonden aan het Meertens Instituut voor volkscultuur – begeleidt het project Culturele Biografie Limburg. Hij zegt het zo: „De documentaires in de serie Expeditie Limburg hebben ook als doel de kijkers een blik te gunnen in de wereld van het historisch en archeologisch onderzoek. Historici, archivarissen en archeologen wordt nogal eens een ‘stoffig’ karakter toebedeeld. Maar met deze serie laten we hopelijk zien dat geschiedenis en archeologie allesbehalve oubollig zijn. Integendeel, het is juist hartstikke spannend!”
En zo is dat…