Glasvondst Roermond
Bron: Nieuwsbrief Stichting Bouwhistorie Nederland
Door: Dirk de Vries, Taco Hermans en Albert Reinstra
Bij een onderzoek van een onbekende kelder onder een pand in de Dyonisiusstraat in Roermond werd een verbijsterende glasvondst gedaan. Tweeëntwintig metselkuipen vol glasscherven werden daar naar boven gehaald. Het betrof over het algemeen helder glas maar er waren ook een aantal gebrandschilderde fragmenten bij. Al het materiaal werd schoongemaakt, op een licht-tafel uitgelegd, gesorteerd, gescand en gefotografeerd. Van de hele procedure werd een DVD gemaakt.
Dirk de Vries gaf in het kort een overzicht van de ontwikkeling van glas. Van de oudste methoden van slingeren van glas dat schijven opleverde naar het rechthoekige glas dat via de opengeknipte cilinder methode werd verkregen. Het latere glas werd getrokken en gegoten, ook nu nog. Taco Hermans gaf enige details van de vondst in Roermond. Het gewicht was ongeveer 1250 kilo en de fragmenten betroffen meest helder glas in de kleuren blauw, groen en rood. Sommige stukken waren afkomstig van een rand. De gebrandschilderde fragmenten waren te dateren tussen 1500 en 1600. Op een van de stukken is Maria te onderscheiden in een hoog renaissance stijl (1555), waarbij geel zilver is gebruikt. De afbeeldingen waren alle min of meer religieus. Er is een datum van 1592 aangetroffen.
Sommige van de randfragmenten hadden een nummer zoals gebruikelijk is bij grote rozetvensters. Stukjes met wapenheraldiek werden aangetroffen en ook fragmenten met planten, mensen, vogels en tenten in veel verschillende stijlen. Twee soorten glas waren het meest vertegenwoordigd: slingerglas en cilinderglas met een kenmerkend dikker randje. Enkele stukken glas met verdikkingen werden ook aangetroffen.
Albert Reinstra meldde dat ook elders wel interessante glasvondsten gedaan zijn, o.a. randglas met versieringen in Roermond; in Zutphen bij de Nieuw-stadskerk en in Gent bij een Dominicanenklooster. De oudste vondst was bij het kerkje van Hoorn op Terschelling, dat een romaans koor heeft daterend van rond 1300. Tijdens de restauratie van 1963 tot 1969 werd de glasvondst gedaan door de architect K. Ruige. Deze documenteerde alles heel goed en schreef er een boek over: ‘Geloof in glas’. De glasfragmenten zijn gerangschikt naar motieven en zaten waarschijnlijk in kleine romaanse vensters. Op de muur zijn overeenkomstige schilderingen aangetroffen met dezelfde motieven. Vergelijkingen kunnen gemaakt worden met de kerk van Marburg, eind dertiende eeuw, en die van Usquert waar ook parelranden, wijnranken, eikenblad en dunne lijntjes als motieven zijn aangetroffen. De kerk van Oosterbierum heeft ook verwante schilderingen, net als die van de kerk in Dronrijp (1505). Als laatste voorbeeld noemde hij de gang van het Augustinessenklooster in Leuven waar in de gang medaillons met glas in lood overeenkomstige motieven vertonen.