Planoverleg

In het planoverleg worden (voorontwerpen van) verschillende soorten plannen die raakvlak hebben met archeologie en monumentenzorg, in een vroeg stadium besproken door vertegenwoordigers van gemeenten, de Provincie Limburg en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. In dit mondelinge overleg worden plannen, die raakvlak hebben met archeologische, gebouwde/groene rijksmonumenten en beschermde stads- en dorpsgezichten, in een vroeg stadium besproken. Naast bouwplannen kan het hier ook gaan om bestemmingsplannen, structuurvisies of ruimtelijke inrichtingsplannen.

Bouwplannen

Op grond van de Wabo en de Bor dienen aanvragen voor een omgevingsvergunning voor de wijziging van een rijksmonument in een aantal gevallen voor advies te worden voorgelegd aan de minister van OCW, vertegenwoordigd door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, alsmede – in een aantal gedefiniëerde gevallen – aan het college van Gedeputeerde Staten van de Provincie Limburg. Het college van B&W van de betreffende gemeente kan vervolgens, gehoord de ontvangen adviezen (inclusief het advies van de gemeentelijke monumentencommissie), een besluit nemen over de aanvraag om omgevingsvergunning. Het planoverleg is gericht op afstemming tussen de betrokken partijen over de aan het college van B&W uit te brengen adviezen en zo mogelijk op afstemming tussen betrokken partijen over planvoorbereiding. Dit levert belangrijke voordelen op in het kader van de behandeling van een omgevingsvergunning. Zo mogelijk heeft overleg over een conceptplan zelfs de voorkeur.

Adviesplicht en adviesrecht

De minister van OCenW heeft de ministeriële adviesplicht bij aanvragen om een omgevingsvergunning activiteit monument per wetswijziging van 1 januari 2009 ingeperkt. Essentie van deze wijziging is, dat de ministeriële adviesplicht beperkt wordt tot aanvragen waar het onder meer afbraak, reconstructie en herbestemming van rijksmonumenten betreft. In deze wet is daarnaast de provinciale adviesplicht in een adviesrecht omgezet. Een praktische wegwijzer voor het aanvragen van advies bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed bij gebouwde en groene rijksmonumenten wordt geboden door deze website

In het Besluit ruimtelijke ordening staat per 1 januari 2012 dat de advisering van Gedeputeerde Staten van Limburg per 1 januari 2012 beperkt blijft tot dezelfde categorieën buiten de bebouwde kom.

Ruimtelijke plannen

Sinds de invoering van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) is het voor Rijk en Provincie alleen mogelijk om achteraf bezwaar te maken tegen een bouwplan, en worden zij niet eerder in het besluitvormingsproces/advisering betrokken. Daarom is het voor Rijk en Provincie essentieel dat ontwerpplannen al in een zo vroeg mogelijk stadium besproken worden en afstemming met gemeenten op het gebied van archeologie en monumentenzorg kan plaatsvinden. Met het planoverleg wordt beoogd dat betrokkenen elk vanuit hun eigen deskundigheid in een vroeg stadium hun licht kunnen laten schijnen over de consequenties wat betreft monumentenzorg in de ruimtelijke context. Bij ruimtelijke plannen staat de vraag centraal: is bij het maken van een bestemmingsplan met alle cultuurhistorische elementen in het stedelijke en/of landelijke gebied rekening gehouden?

Gang van zaken

Het planoverleg vindt plaats op verzoek van een gemeente, die het plan desgewenst mondeling toelicht in het bijzijn van de architect en/of de aanvrager van het plan. De adviseur architectuurhistorie van de Rijksdienst is vast agendalid van dit overleg. Vaak schuift ook de adviseur bouwkunde aan. Afhankelijk van de opgave is een adviseur archeologie, erfgoed en ruimte of een specialist Monumenten en Collecties aanwezig. Ook is vaak het college van Gedeputeerde Staten vertegenwoordigd. Het is mogelijk om ook de gemeentelijke adviescommissie te vragen om aan te schuiven, zodat alle wettelijke adviseurs gelijktijdig kunnen afstemmen.

De ingebrachte plannen kunnen concrete bouwplannen zijn welke worden voorgedragen in een officiële aanvraag of procedure. Ook kan een gemeente voor een pre-advies (over latente bouwplannen in een vroeg stadium) om vooroverleg in het planoverleg verzoeken. Tijdens het planoverleg worden de plannen door vertegenwoordigers van de Rijksdienst en de Provincie besproken. Dit biedt de gemeente grote voordelen omdat het leidt tot een bekorting van de doorlooptijd van de procedure en een effectieve afstemming van de verschillende adviezen.

Inbreng Rijksdienst in een planoverleg

Emil Uriot adviseert de gemeenten Weert en Nederweert m.b.t. architectuurhistorie. Alwin van Hees is adviseur architectuurhistorie voor de rest van Limburg. De adviseur architectuurhistorie gaat onder meer over:

  • het verduidelijken van de opgave;
  • de monumentale waarde en de kernkwaliteiten van een rijksmonument;
  • belang  van (aanvullend) cultuurhistorisch onderzoek;
  • het zoeken naar een goed evenwicht tussen behoud en vernieuwing;
  • het formuleren van uitgangspunten voor de ruimte voor verandering;
  • inbrengen van inspiratiebronnen voor de opgave/vernieuwing;
  • de kwaliteit van het herstel van monumentale onderdelen;
  • de winst- en verliespunten vanuit het oogpunt van de monumentale waarde en eventuele alternatieve oplossingen en aanbevelingen voor een volgende stap.

Ook kunnen tijdens een overleg procesafspraken worden gemaakt over het betrekken van de wettelijke adviseurs in het vervolgtraject.

Advies na indienen aanvraag omgevingsvergunning

Als een plan in het overleg is besproken waarvoor de Ministeriële Adviesplicht of het Provinciale Adviesrecht geldt, dient het plan alsnog door de aanvrager naar de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed of Provincie te worden gestuurd. Stuur een adviesverzoek met de bijbehorende stukken bij voorkeur via het Digitaal Stelsel Omgevingsvergunning (DSO), de Samenwerkingsruimte of Omgevingsloket online (Olo). Bij vragen over het DSO / Omgevingsloket kan de gemeente contact opnemen met Daan Mobach (d.mobach@cultureelerfgoed.nl).

Planoverleg SAM-Limburg

Het planoverleg vindt elke maand op woensdag plaats, waarbij de gemeente een initiatiefplan of concreet plan voor wijziging van een monument kan agenderen. Deelnemers kunnen plannen agenderen tot uiterlijk de dinsdag in de week voorafgaand aan het planoverleg. Het Steunpunt regelt een vergaderruimte, bereidt het overleg voor, maakt verslag en treedt op als onpartijdig voorzitter. Alle officiële instanties zoals de gemeenten, Provincie Limburg, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en eventueel andere welstands- en monumentenorganisaties zitten tijdens het planoverleg om de tafel.

Het planoverleg begint om 9.30 uur en duurt tot uiterlijk 15.00 uur.​​​ De data van de planoverleggen worden aangekondigd in de vooraankondigingen die naar de gemeenten worden gestuurd.



Laatst bewerkt op 17-06-2024