Proefperiode beperking adviesplicht: een tussenstand
Bij veranderingen aan rijksmonumenten hoeven gemeenten per 1 januari 2009 niet meer in alle gevallen advies aan de minister van OCW (RACM) te vragen. Om hier alvast ervaring mee op te doen is er per 21 april een interimbeleid van kracht geworden. Daarmee werd de advisering beperkt tot afbraak, reconstructie en herbestemming. Voor alle overige zaken kon de gemeente volstaan met een melding aan de RACM. Wat is nu de ervaring van de eerste zes maanden van deze proefperiode?
Er zijn van 21 april tot 20 oktober 581 meldingen bij de RACM gedan en 532 adviesaanvragen ingediend. In totaal zijn dat ruim 1100 zaken; omgerekend op jaarbasis 2200. Dat is beduidend minder dan het totale aantal adviezen dat de afgelopen jaren door de dienst werd uitgebracht, namelijk steeds rond de 3000. Naar de oorzaak, of een combinatie van oorzaken, kunnen we slechts gissen. Een verminderde bouwactiviteit als gevolg van de geringe economische groei? De magere zomermaanden? Of de onjuiste veronderstelling van sommige gementen dat er in bepaalde gevallen helemaal niets meer naar de RACM hoeft te worden gestuurd, dus ook geen melding?
Slechts 150 zaken
Veel gemeenten lijken het zekere voor het onzekere te willen nemen. Van de 532 adviesaanvragen was bij een enge toepassing van de criteria in 382 gevallen een melding voldoende geweest. Op die manier zouden slechts 150 zaken onder de criteria zijn gevallen. Het kan natuurlijk ook zijn dat gemeente-ambtenaren, ondanks de ruime berichtgeving, onbekend waren met de mogelijkheden van het interimbeleid.
Interessant is dat er weinig gevallen waren van al dan niet gedeeltelijke afbraak en reconstructie (respectievelijk 17 en 24), maar dat veel zaken in de categorie herbestemming vielen: maar liefst 107. Dat laatste duidt op een grote belangstelling voor het hergebruik van historische gebouwen. Dat is een gunstig vooruitzicht voor de instandhouding van het monumentenbestand, maar ook wel eens een druk op wat een gebouw kan hebben.
Aanpassingen
De ervaringen van de afgelopen maanden leert ook dat er behoefte is aan een nadere precisering van de categorieën ingrepen, met name afbraak en reconstructie. Ergens tussen de afbraak van een heel pand en van een binnenmuur ligt immers het omslagpunt. Eenzelfde redenering geldt voor reconstructie. Goede voorbeelden moeten een en ander verhelderen.
De interimperiode heeft ook geleerd dat het begrip afbraak niet volledig de lading dekt van de ingrijpende veranderingen waarvoor deze categorie ingrepen was bedoeld. Te denken valt aan plannen waarbij de interne structuur van een pand flink op de schop gaat en er bijzondere onderdelen verdwijnen, nieuwbouwplannen die de monumentale waard ingrijpend beïnvloeden en plannen met grote gevolgen voor de inrichting van buitenplaatsen.
De ervaringen van de proefperiode zullen in een ministeriële regeling, die de beperking van de adviesplicht precies omschrijft, worden verwerkt. U wordt tijdig over de nieuwe regeling geïnformeerd.
01-11-2008
Laatst bewerkt: 04-06-2015